Ben je geboren vanaf 1 juli 1999 en wil je een (land)bouwvoertuig besturen, dan moet je een T-rijbewijs hebben. Bestaande bestuurders van (land)bouwvoertuigen moeten een B-rijbewijs hebben, dat is afgegeven voor 1 juli 2015. Heb je een B-rijbewijs dat vanaf 1 juli 2015 is afgegeven dan ben je niet bevoegd om een (land)bouwvoertuig te besturen. Met een C-rijbewijs (vrachtwagenrijbewijs) dat je hebt behaald vanaf 1 juli 2015 mag je wel een (land)bouwvoertuig besturen.
Bijschrijven T-rijbewijs
Wanneer jij je B-rijbewijs verlengd dat is afgegeven voor 1 juli 2015, wordt het T-rijbewijs automatisch bijgeschreven. Hierdoor hebben alle bestuurders met zo'n B-rijbewijs vanaf 1 juli 2025 ook rijbewijscategorie T op hun rijbewijs staan.
Vanaf 1 juli 2025 moeten bestuurders van (land)bouwvoertuigen een T-rijbewijs of een C-rijbewijs hebben. Een B-rijbewijs dat is afgeven voor 1 juli 2015 en waarop geen T-rijbewijs staat, is vanaf 1 juli 2025 niet meer voldoende. Tot 1 juli 2025 mogen bestuurders uit Europese lidstaten met hun buitenlandse B-rijbewijs nog in Nederland (land)bouwvoertuigen besturen. Vanaf 1 juli 20125 mag dat niet meer, omdat zij geen Nederlands T-rijbewijs hebben.
Geldig rijbewijs
Belangrijk is dat de bestuurder van een (land)bouwvoertuig een geldig T-, B- of C-rijbewijs heeft. Wanneer het rijbewijs van een autobestuurder is ingevorderd tijdens een controle (bijvoorbeeld vanwege alcohol), dan mag deze bestuurder ook geen (land)bouwvoertuig besturen. Ook bestuurders, die vanwege een medische reden geen geldig B-rijbewijs (meer) hebben of een beperking op het rijbewijs hebben, mogen soms geen (land)bouwvoertuigen besturen.
Uitzonderingen rijbewijsplicht
Bepaalde (land)bouwvoertuigen zijn uitgezonderd van de rijbewijsplicht en mogen zonder rijbewijs worden bestuurd.
Uitgezonderd van rijbewijsplicht zijn landbouwtrekkers (categorie T en C), motorrijtuigen met beperkte snelheid (categorie Z) en mobiele machines (categorie U), die:
- in transportstand, inclusief de breedte van verwisselbare uitrustingsstukken, niet breder zijn dan 1,3 m;
én zijn voorzien van:
- een maai-installatie, bestemd voor het maaien van oppervlakten, of
- een veeginstallatie, bestemd voor het vegen van wegen, of
- een door de motor aangedreven installatie om uitwerpselen op te zuigen, of
- een uitrustingsstuk aan de voorzijde om sneeuw van het wegdek te verwijderen; of
- een installatie voor het strooien op wegen om gladheid te voorkomen of te bestrijden, of
- een installatie om onkruid te bestrijden met een tankinhoud van minimaal 100 liter, of
- een vaste gemonteerde hefinrichting aan de voorzijde van het voertuig die voor laad- en losactiviteiten kan worden ingezet (heftruck),
én aan de achterzijde niet is voorzien van:
- een koppeling voor het trekken van een aanhangwagen of
- een driepuntshefinrichting
Aan alle genoemde voorwaarden moet zijn voldaan, wil er geen rijbewijsplicht zijn.
De uitzondering van de rijbewijsplicht voor heftrucks smaller dan 1,3 m geldt alleen als er geen aanhangwagen aan gekoppeld is.