Als jouw medewerker op tijd een uitkering heeft aangevraagd, krijgt hij die vanaf 104 weken na de eerste ziektedag. Als hij dat dus niet op tijd heeft gedaan, heeft hij na die 104 weken geen inkomen! Wanneer hij nog niet is gekeurd en er dus nog geen WIA-beschikking is, kan de medewerker een voorschot aanvragen bij het UWV.
Hoogte van de uitkering
De uitkering van het UWV is voor de eerste twee maanden maximaal 75% van het dagloon van jouw medewerker. In de beschikking van het UWV staat dit toegelicht. Na twee maanden wordt de uitkering 70% van het dagloon.
Als de medewerker een verzekering heeft voor het zogenaamde ‘pluspakket’ krijgt hij 5 jaar lang een uitkering van 10% van de verzekering of van de verzekering via jou. Hoe het geld bij jouw medewerker komt, is afhankelijk van de maatschappij waar de verzekering loopt.
Ontslag of vaststellingsovereenkomst
Het dienstverband wordt niet automatisch verbroken. Als je niets doet, blijft het dienstverband bestaan. Als jij het dienstverband wel wilt beëindigen, kan dit op twee manieren. Of je maakt een vaststellingsovereenkomst óf je vraagt een ontslagvergunning aan bij het CWI. Met een vaststellingsovereenkomst erkent de werknemer dat hij niet kan terugkeren bij jou. Voor hem heeft het tekenen van deze overeenkomst geen consequenties voor zijn uitkering. Kom jij met jouw medewerker niet tot overeenstemming over een vaststellingsovereenkomst, dan kun je een ontslagvergunning aanvragen bij het CWI. Jij moet dan aantonen dat herstel binnen 26 weken niet te verwachten is en dat er geen vervangende werkzaamheden voor deze medewerker zijn in jouw bedrijf.
