DSC05716

Zoektocht naar betere resultaten

Datum: 25 oktober 2022
Laatst bijgewerkt: 25 oktober 2022
In het agrarisch loonwerk zijn de rendementen al jaren lager dan in de cumelasector als geheel. Doordat de agrarische sector ook onder druk staat, stelt dit de cumelaondernemers die dit werk doen voor grote uitdagingen, want naast een minder goed rendement wreekt zich hier de krapte op de arbeidsmarkt met het vele piekwerk. Alle reden om uit te zoeken hoe het beter kan.

Net als in andere jaren is ook bij de agrarische loonbedrijven het onderlinge verschil in resultaat groot. Zo hebben in 2021 de 25 procent hoogst renderende bedrijven in Cumela Kompas een rendement van 5,3 procent, terwijl de 25 procent laagst renderende ondernemingen niet verder komen dan een rendement van minus 4,2 procent. “Dat is vergelijkbaar met de voorgaande twee jaar, waarin er ook grote verschillen waren tussen hoog en laag renderende agrarische ondernemingen, vertelt Dieuwer Heins, adviseur Financiën & Bedrijfsontwikkeling van Cumela Advies. “In Cumela Kompas hebben we het over een agrarisch loonbedrijf als meer dan twee derde van de omzet uit agrarisch loonwerk bestaat. Deze bedrijven hebben dus vaak nog een kleine niet-agrarische tak.”

Hoog renderende bedrijven weten per fte een veel hogere bruto marge te behalen

Hoge omzet per fte

Allereerst zien we dat hoog renderende bedrijven per fte een veel hogere bruto marge weten te behalen. “De bedrijven met een hoog resultaat behalen een bruto marge van meer dan € 138.000,- per fte, terwijl de laag renderende bedrijven uitkomen op gemiddeld bijna € 129.000,- per fte. Een verschil van bijna € 10.000,-! Een efficiënte inzet van arbeidskrachten is hierbij belangrijk, dus zoveel mogelijk factureerbare uren en daarnaast het durven vragen van een eerlijke prijs. De tweede belangrijke factor is een goede machinebenutting, dus een machinepark dat past bij de omzet die je maakt. In de praktijk zien we dat hier veel winst is te behalen. Voor agrarische loonbedrijven geldt dat de bruto marge ongeveer een factor 1,2 van de boekwaarde zou moeten zijn. Voldoende bruto marge en een weloverwogen investeringsbeleid zijn hiervoor essentieel.

Tips om aan de slag te gaan

Op veel ontwikkelingen heb je als ondernemer geen invloed. Gelukkig zijn er nog genoeg zaken waar je wel invloed op hebt.

  • Zorg voor goed inzicht in je kostprijs en de ontwikkeling ervan.
  • Een strakke planning met zoveel mogelijk factureerbare uren helpt voor een goede arbeidsbenutting.
  • Kijk goed naar de mogelijkheden die automatiseringspakketten tegenwoordig bieden
  • Besteed voldoende aandacht aan de communicatie met opdrachtgevers.
  • Ga met elkaar in gesprek over de gewenste richting van het bedrijf en schakel hiervoor een procesbegeleider in!
24 procent wil beter inzicht

Het goed in beeld hebben van je kostprijs is, mede door de fors gestegen kosten, steeds belangrijker. Dat ondernemers daarmee bezig zijn, bleek ook tijdens een inventarisatie van Dieuwer Heins tijdens de zomereditie van de Jongerendagen met het thema ‘Duur-zaam’. Bij een rondvraag onder de jonge ondernemers bleek 44 procent de kostprijs van de verschillende werkzaamheden ongeveer te weten. Heins noemt het opvallend dat een kwart van de aanwezigen aangaf hier beter inzicht in te willen krijgen. “We hebben 2000 leden, dus als ze representatief zijn voor de hele groep betekent het dat 500 bedrijven hiermee aan de slag willen”, aldus Heins. Hoopgevend vindt hij het dat bijna negentig procent van de jonge ondernemers aangaf een brandstoftoeslag te hanteren. “Op die manier vangen ze een belangrijk deel van de gestegen kosten op”, zegt Heins. De deelnemers gaven ook aan dat door 76 procent van de klanten de brandstoftoeslag redelijk tot goed wordt geaccepteerd. 24 procent van de jonge ondernemers gaf aan dat klanten daar meer moeite mee hadden.

Communicatie met klanten

Om dergelijke aanpassingen door te kunnen voeren, is een goede communicatie met de klanten van groot belang. Op een schaal van nul tot tien, waarbij een nul staat voor niet belangrijk en een tien voor heel belangrijk, geven de jongeren het belang een 8,5. Bij het doorvoeren van een tariefsaanpassing doet de helft dit via een brief of een mail. Een derde van de bedrijven doet dit in een persoonlijk gesprek, terwijl zestien procent het helemaal niet toelicht, iets wat vanuit juridisch oogpunt niet verstandig is, benadrukt Heins. “Een tariefaanpassing moet je altijd vooraf melden bij een klant.”

Welke kant wil je op?

“Ook in 2021 valt het enorme verschil in resultaat tussen de grondverzetbedrijven en agrarische loonbedrijven op (zie het artikel in Grondig 7). Het rendement van grondverzetbedrijven komt uit op gemiddeld 7,7 procent van de bruto marge, terwijl de agrarische loonbedrijven het doen met gemiddeld 0,4 procent.”

Heins merkt net als zijn collega-bedrijfskundig adviseurs van Cumela Advies dat steeds meer ondernemers die actief zijn in het agrarisch loonwerk zich afvragen hoe ze de toekomst van het bedrijf het best kunnen invullen. Naast het rendement en investeringsniveau spelen daarbij ook andere aspecten een rol. “Bedrijven vragen zich echt af welke kant het op gaat met de agrarische sector in Nederland. “Wie zijn over tien jaar nog mijn klanten?” is een vraag die door de huidige stikstofdiscussie nog concreter is geworden. En: “Hoe ga ik om met de enorme seizoenpieken als we weten dat het hebben van voldoende vrije tijd in de maatschappij steeds belangijker wordt?”, “Vind ik hiervoor voldoende goed kwalificeerde mensen en wil ik dit zelf ook?”, “En willen onze eventuele opvolgers dit?”

Heins en zijn collega’s zien dat vooral het runnen van een agrarisch loonbedrijf nogal wat energie kost. “Krijg je waardering voor je werk en levert het je een voldoende belegde boterham op, dan is dit geen probleem, maar daar ontbreekt het nogal eens aan. Daarom zien we hier ook steeds meer bedrijven afhaken en stoppen met het agrarische werk. Dat wordt nu nog versterkt door de onzekerheid die er in de agrarische sector heerst.

Bedrijven vragen zich echt af welke kant het op gaat met de agrarische sector in Nederland

Heins adviseert bedrijven die hiermee worstelen echt in gesprek te gaan. “Bijvoorbeeld met je familie. Bespreek open hoe het gaat met het bedrijf, wat er anders kan en of iedereen gelukkig is in het werk en wat je wilt richting de toekomst? Het zijn lastige onderwerpen, die niet altijd voldoende aandacht krijgen. We merken dat het helpt om de gesprekken onder begeleiding van een adviseur te houden. De adviseur zorgt met zijn kennis en ervaring dat alle onderwerpen die een rol spelen voldoende worden belicht. Dat kan dan helpen om echte keuzes te maken.”

Cumela helpt

Hoe kan Cumela helpen? De adviseurs van Bedrijf, Strategie, Economie & Certificering helpen ondernemers met:

  • Rendements- en liquiditeitsverbetering
  • Kostprijs en indexering
  • Meer grip krijgen op de organisatie
  • Investerings- en financieringsplanning en bedrijfsplannen
  • Familie en bedrijf in balans
  • Automatisering en digitalisering
  • Contactpunt aan- en verkoop cumelabedrijven
  • Bedrijfsopvolging en overname
  • Klankbordgroepen voor cumelaondernemers (Sturen op kengetallen)

Heb je behoefte aan deze begeleiding? Neem dan contact op met de Ondernemerslijn op (033) 247 49 99) of bel met een van de bedrijfskundig adviseurs op (033) 247 49 40 of met je bedrijvenadviseur.