Zonnestroom

Prijsplafond voor zonnestroom geeft administratief gedrocht

Datum: 21 september 2022
Laatst bijgewerkt: 21 september 2022
Door: André de Swart
De Europese Commissie wil dat producenten vanaf 1 december nog maximaal 18 cent krijgen voor bijvoorbeeld zonnestroom of windenergie. Dat gaat vooral voor relatief kleine producenten zoals cumelabedrijven, een enorm administratief gedrocht opleveren, voorspelt Andre de Swart van Cumela.

De plannen zijn aangekondigd door Europees Commissaris Ursula von der Leyen in haar ‘State of the Union’. Zeg maar de Europese troonrede. Daarin geeft ze aan dat er volgens haar een prijsplafond moet komen voor elektriciteit die voor relatief lage kosten wordt opgewekt.

In deze plannen wordt de elektriciteitsprijs van hernieuwbare bronnen (wind, zon, kernenergie en bruinkool) gemaximaliseerd op 180 euro per megawattuur. De opbrengsten boven deze 180 euro worden voor 100 procent belast. Dit moet uiterlijk 1 december 2022 in werking treden voor de periode tot 31 maart 2023. Februari 2023 is een evaluatie. De opbrengsten van de nieuwe belastingmaatregelen worden geschat op ongeveer 117 miljard (voor heel Europa).

De Swart, bij Cumela specialist op het gebied van energiesubsidies, heeft grote bedenkingen bij het plan. Vooral voor relatief kleine producenten, zoals cumelabedrijven met zonnepanelen op hun schuren zal dit volgens hem lastig uit te voeren zijn. “Deze bedrijven hebben allemaal verschillende contracten met hun afnemers. Sommigen hebben al voor een vast bedrag verkocht, vaak onder die 18 cent, terwijl anderen juist op de vrije markt verkopen en daarbij elk kwartier een andere prijs krijgen.”

Hoe verrekenen

Hij vraagt zich af hoe de overheid dit systeem wil gaan inrichten. “Want wat doe je bijvoorbeeld met de momenten dat de prijs lager is dan 18 cent. Mag je dat verrekenen of is dat opeens een bedrijfsrisico?  En verreken je dat dan per uur, dag of maand. We zijn heel benieuwd hoe dat straks zal gaan.”

De Swart is ook verbaasd over het moment dat deze belasting voor zonne-energie ingaat. “We praten over de periode met de minste instraling en dus ook lage opbrengsten. Financieel is er dus ook weinig te halen. Voor wind is dat verhaal anders, want juist in de winter waait het vaker.”

Bestraffen ondernemersrisico

Andere bezwaren die Cumela heeft tegen de regeling zijn het feitelijk bestraffen van ondernemersrisciso’s. “Deze bedrijven hebben het voortouw genomen en juist tijdig ingespeeld op de energietransitie. Zij krijgen daarvoor niet de beloning, maar worden afgestraft, zelfs als ze zonder subsidie de panelen op hun dak hebben gelegd of zelfs een windmolen hebben aangeschaft. Voor hen zou het een beloning moeten zijn om nieuwe investeringen in duurzaamheid te doen terwijl ze nu als dank extra belasting moeten betalen. Dat motiveert niet om weer nieuwe risico’s te nemen. Daarbij is de winst die ze nu maken ook gewoon belast binnen de onderneming.”

Cumela vindt daarom dat er nagedacht moet worden over bijvoorbeeld een vrijstelling voor kleine producenten. Daarover is inmiddels contact opgenomen met VNO-NCW om dit aan te kaarten. “Wij vrezen dat er anders een groot administratief apparaat opgezet moet worden voor een periode van vier maanden. Aangezien de opbrengst aan zonne-energie dan op het laagste niveau ligt is het maar de vraag of de kosten dan worden terugverdiend.”