
Het afgelopen jaar heeft een projectgroep samen met de bewoners van het gebied uitgebreid gekeken naar het verkeer in het Zuid-Limburgse Heuvelland. Namens Cumela zat regionaal bedrijvenadviseur Irma Gottenbos en regionaal bestuurder Joel Hartman in de werkgroep. Samen met Rebecca Steinbusch-Lacroix van de LLTB hebben zij de belangen van het landbouwverkeer verdedigd.
Zij zijn blij dat ze merkten dat het belang van toerisme en landbouw wordt onderkend. En dat de hoofdthema’s niet gericht waren op landbouwverkeer maar duidelijk op andere verkeersstromen. Ze verwachten dat een aantal maatregelen zoals druktemanagement in samenwerking met de landbouw, gedragscampagnes voor fietsers/motoren/scooters en inzetten op spreiding van verkeer bijvoorbeeld in het oogstseizoen met dan alternatieve routes voor andere gebruikers gaan helpen om tot een goed gebruik van de weg te komen.
Daarmee sluiten de aanbevelingen aan bij het doel van de werkgroep; een nieuw evenwicht verkrijgen tussen leefbaarheid en economie en daarnaast begrip voor elkaars situatie en samen kijken naar oplossingen.
De belangrijkste conclusie is dat er wordt gestreefd naar het centraal stellen van het landschap. In de kern gaat het om landschap, inwoners en economie. Het beheer wordt gedaan door de agrariërs en natuurorganisaties. Inwoners zijn gastvrij (met grenzen). Leefbaarheid moet belangrijk blijven met lokale maatwerkoplossingen. De werkgroep wil duurzame toerisme & recreatie, duurzame landbouw, groei in/transitie naar kwaliteit en gastvrij zijn voor de bezoeker met respect voor de omgeving.
Op basis van de toekomstbestendige visie die aan de gemeenteraden wordt aangeboden, wordt voor mobiliteit en verkeersleefbaarheid een maatregelenpakket ontwikkeld dat inzet op leefbaarheid, natuur en vitaliteit van de vrijetijdseconomie voor een positief imago van het Heuvelland.