Hoe weet 112 waar je bent?
Je telefoontje komt binnen bij de meldkamer van 112. Op dat moment krijgt 112 ook de locatie binnen van de zendmast waarmee je mobiele telefoon verbinding maakt. De meldkamer controleert dit.
Bel je het alarmnummer 112 met een mobiele telefoon, dan schakelt Advanced Mobile Location (AML) in. Dat is een extra hulpmiddel voor het bepalen van de locatie. AML gaat tijdelijk aan tijdens het gesprek en stuurt je precieze locatie (onder andere de coördinaten van je locatie en je telefoonnummer) door naar de meldkamer. Dit gebeurt ook als je locatievoorziening in je telefoon uit staat en je geen verbinding hebt met je eigen provider. AML zorgt ervoor dat de centralist van de meldkamer sneller hulp kan sturen naar de juiste plek. Dit kan een groot verschil maken als iemand in nood niet duidelijk kan maken waar hij zich bevindt, zoals in een uitgestrekt bos- of duingebied.
Belangrijk: AML werkt vanzelf als je met een Android-telefoon (met minimaal versie 4.0) of iPhone (met minimaal iOS 13) 112 belt. Let op: iPhone-toestellen van vóór 2019 ondersteunen het extra hulpmiddel AML niet.
De centralist vraagt altijd aan je waar je bent, om te voorkomen dat een hulpdienst naar een verkeerde plek rijdt. Daarbij stuurt de centralist een link naar je telefoon om de locatiegegevens (nogmaals) te bevestigen.
112NL-app
De 112NL-app is voor iedereen in Nederland die in nood snel en eenvoudig de meldkamer wil bereiken. Als je met de app 112NL belt:
- kun je direct met een knop aangeven welke hulpdienst je nodig hebt. Als je niet kunt praten, kun je dat aangeven nadat je de hulpdienst hebt gekozen;
- worden je - vooraf ingevulde - gegevens automatisch naar de meldkamer gestuurd;
- wordt je locatie doorgegeven als je daar in de app toestemming voor hebt gegeven;
- kan de meldkamer met je chatten als je niet goed kunt horen of spreken;
- vertaalt de chatfunctie het gesprek in je voorkeurstaal.
Wat moet je doorgeven?
Wat je moet doorgeven bij een 112-melding aan de meldkamer:
- Waar is er hulp nodig?
Geef de locatie door waar de hulpdiensten naar toe moeten: plaats, straatnaam, huisnummer, herkenningspunt, kruispunt, hectometerpaaltje, speciale toegang, wegnummer, rijrichting en dergelijke. - Wat is er aan de hand?
Vertel kort en bondig wat er aan de hand is. Is er bijvoorbeeld brand, een ongeluk, een hartaanval enzovoort. Gaat het om een reanimatie? Geef dit dan direct door! - Welke hulpdienst heb je nodig?
Politie, brandweer of ambulance. De medewerker van de centrale meldkamer verbindt je dan door.
