Zandkreeksluis

Extra geld voor landbouwverkeer

Datum: 5 december 2019
Laatst bijgewerkt: 24 maart 2020
Door: Toon van der Stok
In Brabant en Zeeland is extra geld beschikbaar gesteld voor het oplossen van knelpunten met het landbouwverkeer. Hiermee wordt in Brabant gewerkt aan het landbouwverkeersnetwerk en wordt in Zeeland het knelpunt bij de Zandkreeksluis opgelost.

De gemeenten in West-Brabant gaan samen met de provincie miljoenen investeren in een betere bereikbaarheid en verkeersveiligheid in deze regio. Hiervoor is 6,8 miljoen euro beschikbaar. De provincie betaalt het grootste deel, 3,9 miljoen. De rest wordt door de gemeenten opgehoest.

Met een deel van het geld gaan negen West-Brabantse gemeenten de grootste knelpunten voor het landbouwverkeer in beeld brengen. Dat is een mooie volgende stap in een al lopend proces, namelijk het ontwikkelen van een landbouwnetwerk in west Brabant.

Een landbouwnetwerk is een aaneengesloten net van wegen waarop landbouwverkeer zich over grotere afstanden vlot en veilig kan verplaatsen. Het draagt daarmee bij aan bereikbaarheid, verkeersveiligheid en leefbaarheid. Mogelijke knelpunten binnen het netwerk worden continue geïnventariseerd en met voorrang opgelost.

De provincie Zeeland gebruikt al sinds 2011 een landbouwnetwerk, dit tot grote tevredenheid van alle deelnemers. Een nieuwe stap in Zeeland is het aanpakken van de Zandkreeksluis, een onderdeel van de N256, de drukke provinciale weg die Goes met Zierikzee verbindt. Ook het landbouw verkeer maakt gebruik van deze verbinding, maar vanwege het drukke overige verkeer gaat dat vaak gepaard met lange wachttijden.

Op de Zandkreeksluis komt nu een zogenaamde selectieve landbouwweg op het sluisplateau. Door deze alleen voor het landbouwverkeer te reserveren moeten de wachttijden daarmee straks verleden tijd zijn.

De totale kosten van deze aanpassing zijn begroot op omstreeks 1 miljoen euro. Ongeveer de helft daarvan wordt via POP3 door de Europese unie betaald. De uitvoering is voorzien in 2020, de opening in 2021. En hiermee is dankzij goed overleg met de wegbeheerder (de Provincie) weer een belangrijk knelpunt voor het landbouwverkeer in het Zeeuwse wegennet opgelost.