Met de lancering van de Jaguar 60 SF in 1973 legde Claas de basis voor het succesverhaal in het segment van de zelfrijdende hakselaars. In die vijftig jaar hebben meer dan 45.000 zelfrijdende Jaguar-hakselaars de fabriek in Harsewinkel verlaten. In het kort de mijlpalen op een rij.
Claas startte in 1973 met de Jaguar 60 SF nadat twee distributeurs eerder op eigen initiatief de eerste prototypes hadden geproduceerd. De verkoop van het 88 kW (120 pk) model, waarvan de ontwikkeling was gebaseerd op belangrijke onderdelen van de getrokken Jaguar 60-trommelmaaier en de maaidorsermodellen van die tijd, liep op tot 33 stuks in het eerste jaar en groeide tot 500 machines tegen de tijd dat de productie in 1976 eindigde. In 1975 volgde de Jaguar 80 SF. Deze had een vermogen van 157 kW (213 pk), drie- tot vijfrijige maïsvoorzetstukken, een afvoerblazer en het nieuwe automatische Claas-stuursysteem. Ook nieuw was de mogelijkheid om de invoer en de hakselaar te scheiden. De zwaardere Jaguar 70 SF werd gelanceerd voor het seizoen 1976-1977 en kon maïs oogsten met een capaciteit van 75 ton per uur.
In 1983 was de nieuwe Jaguar 600-serie een grote sprong voorwaarts. De belangrijkste nieuwigheden waren de metaaldetector, de korrelkneuzer en de gewasversneller in combinatie met Mercedes-Benz-motoren en de nieuwe Dominator-cabine. Het motorvermogen van maximaal 221 kW (300 pk) maakte een zesrijig maïsvoorzetstuk mogelijk. Een nieuwe messenkooi met meerdere messen in een V-patroon volgde, evenals in 1988 de bekende Jaguar 695 Mega met een vermogen van 260 kW (354 pk), in 1994 gevolgd door de volledig nieuwe Jaguar 800-serie. De Jaguar 880 was met zijn 354 kW (481 pk) op dat moment ‘s werelds krachtigste hakselaar en was geschikt voor een achtrijig maïsvoorzetstuk. Door de motor dwars achter de achteras te monteren, kon deze het vermogen direct overbrengen op de messenkooi met behulp van een powerband. Bij het overschakelen van maïs naar gras kon de korrelkneuzer snel en gemakkelijk uit zijn positie worden gerold en omgekeerd. Vanaf 1977 werden er enkele eenheden gebouwd als Field Shuttle met een zijwaarts of achterwaarts kantelende bunker.
In 2001 werd de Jaguar 900 het eerste model dat de barrière van 441 kW (600 pk) doorbrak. Deze had een nieuwe cabine, een digitale terminal en een moderne multifunctionele bedieningshendel. De Jaguar Speedstar had vanaf 2003 een maximum vermogen van 458 kW (623 pk) en was de eerste veldhakselaar die werd goedgekeurd om 40 km/u op de weg te rijden.
2008 bracht de nieuwe Jaguar 900-modellenserie, die de grenzen van de prestaties nog verder verlegde en in het 980-model zelfs een systeem met dubbele motor had dat tot 610 kW (830 pk) kon leveren. Deze machine had verder zaken als Autofill en Dynamic Power. Vanaf 2012 maakte de beschikbaarheid van een optionele NIR-sensor een continue meting van het drogestofgehalte en andere bestanddelen mogelijk. Een variabel bandenspanningsregelsysteem was ook af-fabriek beschikbaar. In 2014 waren veel van deze kenmerken ook te vinden in de nieuwe Jaguar 800-serie.
In 2015 nam Claas de in de Verenigde Staten ontwikkelde Shredlage-snijmaïsverwerkingstechnologie over en biedt het sindsdien de MCC (Multi Crop Cracker) Shredlage aan. Een verdere optimalisatie op het vlak van de gewasstroom en het chassis van de Jaguar 900 in 2017 werd gevolgd door een nieuwe generatie Orbis-maïsvoorzetstukken in 2019. Twee jaar later debuteerden de automatische functies van Cemos in de Jaguar 900. Er werden ook twee veldhakselaars met rupsbanden aan het Claas-assortiment toegevoegd in de vorm van de Jaguar 960 en 990 Terra Trac.
Op de Agritechnica 2023 viert Claas vijftig jaar Jaguar met de lancering van een speciaal model met het jubileumlogo en een ‘operator package’. Het hoogtepunt van de viering is de onthulling op de Claas-stand op de Agritechnica (Hal 13) van een speciale Jaguar 990 Terra Trac met een exclusieve jubileumkleurstelling.
