Onder de leus ‘geen woorden, maar daden’ presenteerde Ploegam samen met machinebouwer Staad en Urban Mobility System (UMS) deze maand de volledig elektrische 30-tons Doosan-rupsgraafmachine op het project De Groene Boog. Staad en Ploegam gaven aan dat de machine na de bouwvak wel ver genoeg was uitontwikkeld om hem in bedrijf te stellen, maar dat de partners er bewust voor hebben gekozen een wat langer test- en ontwikkelingstraject in verschillende omstandigheden te doorlopen om de machine zo te verfijnen en precies te weten hoe de machine zich houdt.

De elektrische opbouw met de bijbehorende drie accupakketten deed het goed, maar er is vooral aandacht besteed aan de bediening. Zo zijn de verschillende werkmodi (Eco, Normaal, Power) geïntegreerd, om net als bij een dieselmotor de machine-inzet af te stemmen op de soort en zwaarte van de werkzaamheden. Ook is getest of de machine de gevraagde capaciteit kan leveren onder zware omstandigheden, zoals een dag lang het omslaan van zware kleigrond. Volgens Staad is vastgesteld dat de machine bij normale inzet meer dan acht uur kan draaien op de drie 130 kWh-accupakketten bij een capaciteit die vergelijkbaar is met die van de dieselvariant. Het elektrisch verbruik is gemonitord op 48 kW per uur bij zwaar werk, waar de dieselvariant circa 26 liter per uur noteert. Uit de berekeningen blijkt volgens Staad dat de operationele kosten circa twintig procent hoger liggen dan bij de conventionele dieselvariant. Dat is beduidend minder dan het verschil in aanschafprijs. Volgens Staad wordt dat veroorzaakt door lagere energiekosten en veel lagere onderhoudskosten. Ook de hoge restwaarde van de batterijpakketten speelt daarin mee. Staad bespeurt veel belangstelling, maar volgens de leverancier wachten veel potentiële kopers nog af of er in 2021 subsidie beschikbaar komt op de aanschaf.
