Vraag om voorlichting en instructie
Ga alleen aan het werk als je een instructie hebt gehad. Weet ook wie je moet waarschuwen als het mis gaat.
Gebruik gekeurd en goed onderhouden gereedschap
Controleer voor je begint het lasapparaat, de slijptol en de lasrookafzuiging. Zorg dat ze in orde zijn. Let erop dat je bij gebruik van de slijptol de juiste schijf gebruikt. Check het toerental en de houdbaarheidsdatum. Zorg ervoor dat de brandblusser in de buurt is.
Goede ventilatie en afzuiging
Zorg voor goede ventilatie en afzuiging. Er is een minimale ruimteventilatie van 800 kubieke meter per uur nodig om de lucht schoon te houden. Soms is het openzetten van grote deuren voldoende, maar dan moet er wel genoeg trek zijn. Gebruik ook bronafzuiging.
Creëer een fijne werksituatie
Zo zorg je daarvoor:
- Regel goede verlichting.
- Zorg voor orde en netheid. Het werkt veel prettiger als alles opgeruimd is en je niet struikelt over spullen.
- Zorg dat je laswerk vast staat en goed bereikbaar is. Daarmee voorkom je een ongelukkige belasting van je rug en schouders.
- Houd bij het lassen rekening met je collega’s, want ook zij mogen de lasrook niet inademen.
Draag persoonlijke beschermingsmiddelen
Zorg dat je beschermd bent tegen de lasrook, de hete lasspetters, de lasstraling, het licht van de lasboog en het geluid. Voorkom ook metaalsplinters bij het slijpen en schoonmaken van de las.
Draag het volgende:
- Gehoorbescherming.
- Lashandschoenen, een schoon lasschort of een brandvertragende overall. Denk ook aan bescherming van je nek en schouders tegen lasspetters en UV-straling. Zo voorkom je verbranding van je huid.
- Een lashelm met verseluchtsysteem of overdruk.
- Laarzen of hoge veiligheidsschoenen zonder veters. Lasspetters kunnen je veters laten branden of in je schoenen komen. Draag daarom je broek over je schoenen om dat te voorkomen.
- Tijdens het schoonbikken van de las en bij het slijpen: een veiligheidsbril en gehoorbescherming.
Las zo schoon mogelijk
Het goed verwijderen van verf en roest zorgt ervoor dat er minder schadelijke rook ontstaat. Las met het juiste vermogen.
Voorkom brand
- Houd brandbare stoffen weg bij de werkzaamheden. Denk aan olie, brandstof, hout, resten van hooi en stro, papier, plastic, hydrauliekslangen en de afvalbak.
- Scherm brandbare delen in de buurt van het te lassen onderdeel af met een branddeken.
- Las niet aan het einde van een werkdag. Het gelaste onderdeel zou brand kunnen veroorzaken terwijl iedereen weg is.
