Kern van de afspraken is dat de totale pensioenpremie stijgt van 21,7 procent naar 25 procent in 2020 met behoud van een goede pensioenopbouw voor werknemers.
Werknemers betalen 2 procent en werkgevers betalen 1,3 procent extra premie over de pensioengrondslag in 2020. De zogenaamde VPL-Overgangsrechten, een werkgeverspremie over het brutoloon voor financiering van VUT-rechten, vervalt per 2020. Deze rechten staan als voorwaardelijke rechten op de Uniforme Pensioenoverzichten van werknemers vermeld, als zij deze hebben. Deze rechten worden “ingekocht” en aan het ouderdomspensioen van de betrokken werknemers toegevoegd.
Een volledig premie-overzicht voor 2020 vind je hier.
De stijging van de pensioenlasten voor agrarische werkgevers in 2020 wordt dus gecompenseerd door het vervallen van de premie VPL-overgangsrechten. De aanpassing van de pensioenregeling draagt bij aan de noodzakelijke versterking van de financiële positie van BPL Pensioen. Voor 2021 zijn ook afspraken gemaakt over een aanvullende premie-inleg (voor werkgevers 0,7 procent en voor werknemers 0,7 procent). Wat het percentage pensioenopbouw in 2021 wordt, wordt eind 2020 bepaald. BPL Pensioen gaat werkgevers en werknemers de komende weken per brief en mail actief informeren over de aanpassingen in de pensioenregeling.
2019 | 2020 | 2021 | |
Werkgever VPL overgangsrechten (% x brutoloon) | 1,25% | - | - |
Werkgever (% x pensioengrondslag) | 17,09% | 18,39% | 19,09% |
Werknemer (% x pensioengrondslag) | 4,61% | 6,61% | 7,31% |
Meer informatie
Wil je meer weten over dit onderwerp. Neem dan gerust contact op met de Ondernemerslijn via tel: 033 - 247 49 99 of per e-mail [email protected].