“Ons vak is energie leveren voor mobiliteit. Jarenlang was dat gewoon diesel. Nu zijn er veel alternatieven en is ons werk een stuk complexer en uitdagender geworden”, vertelt Bart De Keuster. Hij is marketingmanager bij Van Kessel in Milheeze.
Op 11 november maakte Van Kessel Olie en Shell Nederland bekend samen te gaan werken. Met deze strategische partnerschap willen ze de dienstverlening aan zakelijke klanten versterken. De gezamenlijke ambitie is het toegankelijker maken van duurzame energieoplossingen en groeien in een snel veranderende markt.
Opdrachtgever bepaalt
In Grondig gaf De Keuster zijn visie. “De klant bepaalt op basis van regelgeving, zero-emissiezones in steden, wat zijn opdrachtgevers willen en op basis van het financiële plaatje en eventuele subsidies”, zegt De Keuster.
Ook de prijsontwikkeling van diesel gaat een grote rol spelen. Door het ETS2-emissiehandelssysteem dat per januari 2027 wordt ingevoerd, verwacht de sector een stijging in de prijs van vijftien cent per liter.
“Dat geldt niet voor HVO, dus mede daardoor zie je het gebruik groeien. Ik denk dat binnen afzienbare tijd een groot deel van de infrasector op HVO zal rijden. De bouwsector is daarmee het snelst. Voor de landbouw is er geen regelgeving op het gebied van mobiliteit en zijn er ook geen opdrachtgevers die erom vragen. Bovendien zijn er nog amper trekkers op stroom of waterstof. Er zijn dus te weinig redenen om over te stappen."
"Momenteel is er een accijnskorting op diesel van elf cent. Die wordt nog een jaar langer vastgehouden, maar als die in 2027 toch wegvalt, zoals verwacht, dan kom je op een verhoging van de dieselprijs van richting de dertig cent. Voor de transportsector komt daar de komende vrachtwagenheffing nog bij van gemiddeld 18,7 cent per kilometer voor diesels, tegenover 3,0 cent voor elektrische vrachtwagens. Dan wordt het echt een rekensom, waarbij elektrisch net zo aantrekkelijk kan zijn en er een kantelpunt komt.”
Kip of ei?
Bij waterstof ziet hij vooral een kip-ei verhaal. "Zomaar een tankstation met waterstofbeginnen, is er niet bij." Zelf heeft Van Kessel maar drie enkele waterstofpunten bij zijn tankstations. “Zo’n waterstoftankstation is wel 10 keer duurder dan een normaal tankstation."
"Voor zo’n project kun je dan gebruik maken van een SWiM subsidie (Subsidieregeling Waterstof in Mobiliteit). Die moet je samen aanvragen met bedrijven die in waterstof vrachtwagens willen investeren. Dat kunnen grote vervoerders zijn of bouwbedrijven. Dan ben je verzekerd van een eerste afzet om de eerste kosten te dekken. En het bedrijf is zeker van een waterstof tankstation in zijn buurt. Een mooie oplossing voor het eeuwige kip-ei verhaal."
De Keuster vervolgt: "Zo hebben we dat ook kunnen doen met Jos Scholman/ Hysolar in Nieuwegein en met anderen in Oude Tonge en Dordrecht.” In tegenstelling tot afzet van waterstof in de mobiele industrie, is er juist wel vraag naar waterstof voor evenementen, industrieën en scheepvaart als baggervloten. Daar draaien grote aggregaten op de waterstof die Van Kessel ter plekke aflevert. “Onze 10 trailers hebben een container met 40 kevlar-flessen, gevuld met waterstof aan boord onder een druk van 300 bar. Deze blijft bij de aggregaten staan en wordt omgewisseld voor de volgende trailer, zodra de flessen leeg raken."
"Ook heeft Kessel geïnvesteerd in een eigen elektrolyzer om waterstof uit groene stroom van de eigen zonnepanelen te produceren." De Keuster ziet namelijk wel degelijk kansen voor waterstof. “Denk bijvoorbeeld aan gebieden waar stroom niet voorhanden is door netcongestie en waar weinig zware stroomaansluitingen zijn. Daar kan waterstof een snel een waardig alternatief zijn.” Samen met Shell kunnen ze dit waarschijnlijk verder uitbouwen.
Download het complete interview hier
-
Lees meer over
Grondig 9 - Bart de Keuster, Van Kessel Olie.pdf