Mest aanwenden

Zwaartepunt op reductie ammoniakuitstoot in landbouw

Datum: 15 november 2019
Laatst bijgewerkt: 3 maart 2020
Door: Toon van der Stok
In de Tweede Kamer hield het stikstofplan van het kabinet donderdag stand. Wel waren er grote vragen bij de mogelijkheden om hiermee de woningbouw in de Randstad op gang te houden. In de landbouw is duidelijk sprake van een verschuiving van accenten. Daar moet alles op alles om de ammoniakuitstoot te reduceren. Vakblad Grondig analyseert wat er speelt.

De veehouderij blijft in het stikstofdebat de sector waar alles om draait. Vooral omdat zij de grootste bron is van de stikstofuitstoot. In de aanpak van het probleem is wel sprake van een kentering. Waar minister Carola Schouten eerst vooral sprak over de kringlooplandbouw, gaat het in de plannen nu om het verlagen van de ammoniakuitstoot. Dat geeft veehouders ruimte om zelf op hun bedrijf maatregelen te nemen. Als cumelaondernemer zou jij een bijdrage kunnen leveren door te werken aan plannen om bij het uitrijden van mest de ammoniakemissie nog verder te verlagen. De makkelijkste maatregelen zijn met het verplicht injecteren en het verbieden van de sleepvoet wel genomen. Het breed toepassen van de mogelijkheden om mest te verdunnen met water bij bijvoorbeeld het sleepslangen kan je nog wel extra besparing geven, net als zoveel mogelijk kijken naar gunstig weer.
Verder is de uitdaging voor de melkveehouders om het rantsoen beter afgestemd te krijgen op de behoefte van het vee. Dit kan bijvoorbeeld door minder vroeg in het voorjaar te maaien en veel meer te kijken naar het gehalte ruweiwit in het gras. Voor cumelabedrijven ligt daar ook een kans, namelijk om melkveehouders te adviseren over een betere ruwvoederwinning.

Mogelijke opdrachten voor cumelasector
In de deze week gepresenteerde plannen van het kabinet, speelt de landbouw overigens nog een ondergeschikte rol. De belangrijkste punten daarin zijn het verlagen van de maximumsnelheid op de snelwegen van 130 naar 100 km per uur. Een forse maatregel die echter maar heel beperkt effect heeft, constateerde de Kamer. Het levert een besparing op van 0,3 procent van de stikstofuitstoot van het verkeer. Bijkomend positief neveneffect is dat de CO₂-uitstoot wel flink daalt, maar één dimensionaal als de Kamer is, daar heeft niemand het over. Voor de bouw is die 0,3 procent wel genoeg, omdat die feitelijk ook verwaarloosbare hoeveelheden stikstof uitstoot. Een probleempunt dat de bouw belemmert, is de verlaging van de maximumsnelheid die in de Randstad onvoldoende oplevert voor de Natura 2000-gebieden daar. Aangezien de landbouw in de Randstad ook een kleinere bijdrage levert dan de industrie, zal daar nog verder gezocht moeten worden naar oplossingen.
Andere maatregelen van het kabinet zijn het maken van een noodwet voor belangrijke infrastructurele projecten. Dit moet het mogelijk maken dat bijvoorbeeld dijkverzwaringsprojecten gewoon door kunnen gaan. Gunstig voor onze cumelabedrijven, omdat zij hier veel werk in hebben.
Extra werk komt ook beschikbaar doordat het kabinet op korte termijn 250 miljoen wil investeren in het herstel van Natura 2000-gebieden, bijvoorbeeld door het afgraven van een toplaag waarin te veel stikstof is opgehoopt. Het is dan wel te hopen dat de PFAS-waarden niet te hoog zijn of dat het kabinet in elk geval een haalbare achtergrondwaarde gaat hanteren, anders komt van dit streven ook niets terecht. Voor de landbouw is er daarnaast nog het perspectief van het verminderen van het aantal Natura 2000-gebieden. Ook dat kan op termijn ruimte geven.

Haagse maatregelen in wetgeving vastleggen
De conclusie na een week van Haags getouwtrek is dat we nog niet veel zijn opgeschoten. Alle maatregelen vergen nog een periode van maanden om alles in wetgeving vast te leggen. Ondertussen blijft de cumelasector voor de langere termijn afhankelijk van de provincies en gemeenten die het lef moeten hebben om projecten weer naar de uitvoeringsfase te brengen. Alleen als dat op korte termijn gebeurt, is er in het voorjaar weer voldoende werk voor de bedrijven die in het grondverzet zitten. Als ze dan nog kunnen, want door het uitblijven van aangepaste PFAS-normen, gaat de sanering in de sector gewoon door.
Voor de bedrijven in het agrarisch loonwerk blijft, net als bij de veehouders, de onzekerheid over wat nog gaat volgen, want binnen een maand volgt een tweede Haagse ronde. Dan komen de volgende plannen van het kabinet voor de landbouw. En dan zal blijken of een grootschalige krimp van de veestapel echt van de baan gaat en of er ruimte komt om het stikstofprobleem technisch aan te pakken. De afgelopen jaren is de landbouwsector dankzij technische maatregelen er al in geslaagd om de uitstoot met zestig procent te verlagen. Zo ver is nog geen enkele andere sector gekomen. Laten we hopen dat die ruimte er opnieuw komt. Dan kunnen ook wij als cumelasector onze creativiteit gebruiken om de volgende stap te zetten en om samen met de veehouders de ammoniakuitstoot verder terug te dringen.