Veehouders op klei- en veengrond die deelnemen aan de derogatie en die mest uitrijden of laten rijden met de sleepvoettechniek mogen dat alleen doen bij een temperatuur onder de 20 graden. Dit is vorig jaar opgenomen in de nieuwe derogatieregeling. Alle veehouders die derogatie hebben aangevraagd hebben automatisch ingestemd met deze eis. Overigens, deze 20 graden-eis geldt dus niet voor landbouwers die geen gebruik maken van de derogatie.
Speciale website
Maar hoe weet je nu of het voor de NVWA wel of niet onder de 20 graden is. De NVWA heeft hiervoor een website gelanceerd, waarop je de temperatuur kunt aflezen. De website vind je hier.
Je kunt op deze kaart inzoomen naar je eigen locatie (vooral op een mobiel handig als je toestaat om je locatiegegevens te gebruiken). Hiermee kun je op elk moment zien of in dit gebeid de temperatuur wel of niet onder de 20 graden is. Deze gegevens zijn gebaseerd op het dichtstbijzijnde KNMI meetstation.
Komt de temperatuur op 20 graden of meer, dan geef je bij de veehouder aan dat je moet stoppen met werken als hij niet het risico wil lopen zijn derogatie te verliezen. Wij raden je aan een deel van de kosten van de stilstand op de veehouder te verhalen. Veehouders die zelf mest uitrijden moeten ook stoppen om hun derogatie niet te verliezen.
Kosten doorberekenen
De regeling betekent dus extra kosten voor zowel veehouder als loonwerker. De aan- en afvoer van materieel of de wachttijd zal betaald moeten worden. De kans is ook groot dat het uitrijden naar de randen van de dag verschuift met extra kosten voor overuren. Cumela heeft daarom eerder al fel geprotesteerd tegen deze regel. Helaas heeft de Tweede Kamer heeft met hangende pootjes ingestemd met deze regel, omdat ze de derogatie niet wilde verspelen.