De versnipperaar was deze week een van de noviteiten op de vakbeurs Openbare Ruimte in Utrecht. De ontwikkeling heeft alles bij elkaar meer dan vijf jaar geduurd. Al in 2016 begon een groep studenten van de TU Delft samen met de gemeente Rotterdam al met een eerste ontwikkeling maar dat liep spaak. Vorig jaar pakte GKB het weer op en bedacht technisch genie Henk Kraaijeveld een concept dat wel zou kunnen werken. Daar is vorig jaar uitgebreid mee geëxperimenteerd en inmiddels zijn vier nul serie modellen gebouwd die dit najaar uitgebreid worden getest.
De machine maakt gebruik van een aantal bekende componenten. Voorop zit een klepelas die door de zuigende werking het blad oppakt en in het afvoerkanaal brengt. Daar zit een ventilator die het blad omhoog zuigt in het afvoerkanaal en het daarna naar beneden werpt. Een soort hamermolen versnippert vervolgens het blad en dan komt het op de spreidplaat. Vanaf de spreidplaat wordt het achter de machine verdeeld. De opening is daarbij instelbaar. Dit maakt het ook mogelijk om bijvoorbeeld langs een groenstrook het blad tussen het groen te verspreiden.
Het grote voordeel van de machine is besparing op verwerkingskosten van het bladafval en een flinke CO2 winst. Transport en verwerking van het blad is niet meer nodig omdat het gewoon op het gazon blijft liggen. Doordat het fijn geslagen is, komt het veel meer tussen het gras te liggen en voorkomt het verstikking. Ook wordt het veel sneller opgenomen in de bodem. Vooral op schralere gronden is dit een voordeel stelt Rolf Balvert van GKB. “Op die gronden kun je altijd organische stof gebruiken. Deze machine zorgt ervoor dat alles wat ergens gegroeid is ook op die plaats blijft. Echt recirculeer werken dus.”
Dit najaar blijft het bij een test van de eerste serie machines. Na het seizoen wordt bekeken of er nog kinderziektes inzitten en wordt het ontwerp eventueel aangepast. De verwachting is dat daarna de serieproductie kan starten.
