KWS is dit jaar de grote aanjager van de aanbevelende rassenlijst. Zo leverde de zaadproducent zes van de elf rassen af. De andere rassen werden ontwikkeld door Limagrain, MAS Seeds en Freiherr von Moreau Saatzucht. Een groot verschil met een jaar eerder toen er veel meer verschillende zaadveredelaars nieuwe rassen presenteerden.
Vroege tot zeer vroege rassen
Inzoomend op de rassen blijken er vooral meer vroege tot zeer vroege rassen bijgekomen te zijn. Een trend die gevoed wordt door de regelgeving, welke aanstuurt op steeds vroegere oogsten van maïs op zand- en lössgrond. Bijna al deze rassen worden aangeboden door KWS. Het gaat dan om Papageno, Rancador, AgroMilas, KWS Saltare en Benefito. Gemiddeld gezien zijn het allemaal planten met een plantlengte boven een meter en een wat hoger droge stofgehalte. Qua stevigheid scoort Benefito net iets beter dan de rest. Limagrain vult de lijst verder aan met Bobby die vooral opvalt door onder de vroege en zeer vroege rassen samen met Emeleen een tweede plaats te pakken qua plantlengte. Alleen LMZ160/57 wordt langer.
Bij de middenvroege en middenlate rassen zijn drie nieuwkomers: Milkmax, LG31.245 en Sudress. Milkmax klinkt als een veelbelovend ras en weet vooral de aandacht te trekken vanwege het droge stofgehalte. Het zetmeelgehalte is meer gemiddeld. Het nieuwe maïsras van Limagrain komt daar erg dichtbij. Qua zetmeel liggen daar de cijfers ietsje hoger, waar het drogestofgehalte juist iets lager uitpakt. Sudress blinkt vooral uit in stevigheid.
Minder nieuwe rassen
Ten slotte zijn er nog twee nieuwe rassen voor korrelmaïs en Corn Cob Mix: LG31.219 en KWS Gustavius. In totaal blijft het totale aanbod nieuwe rassen daarmee wat onder dat van een jaar eerder, toen er achttien nieuwe rassen op de markt kwamen.
