trekker

Er komt meer geld voor infrastructuur

Datum: 11 juni 2021
Laatst bijgewerkt: 11 juni 2021
Door: Herma van den Pol
Er komt meer geld voor infrastructuur, maar hoeveel wordt pas op Prinsjesdag bekend gemaakt. Het gaat dan om een budgetverhoging voor 2022 en 2023. Voor 2024 en daarna is echter eerst een nieuw kabinet nodig, omdat die daarover moet gaan beslissen. Dat blijkt uit antwoorden van demissionair minister Cora van Nieuwenhuizen op vragen van Kamerleden.

Er komt meer geld aan voor het onderhoud van infrastructuur, maar wel pas in 2022. Van Nieuwenhuizen laat weten: "Ons streven is om voor 2022 en 2023 aanvullend nog meer budget in te zetten voor instandhouding, in aanvulling op de kasschuiven die wij reeds hebben doorgevoerd. Dit wordt op Prinsjesdag in de ontwerpbegroting zichtbaar." Hoewel het geld al in 2021 hard nodig is, is het positief dat er in elk geval zicht is op een uitbreiding van het budget.  

Alarm
Een paar weken geleden sloegen brancheverenigingen, verzameld in de infracoalitie, alarm vanwege grote zorgen over een budgetstop bij Rijkswaterstaat en financiële tekorten bij diverse overheidsorganisaties. Het leverde Kamervragen op vanuit het CDA (Jaco Geurts), SGP (Chris Stoffer) en VVD (Peter de Groot en Michon-Derkzen). Uit de antwoorden op de vragen valt op te maken dat Van Nieuwenhuizen zich niet herkent in een te kort aan financiële middelen voor onderhoud door Rijkswaterstaat. De organisaties stelde eerder de sector zelf al gerust door aan te geven dat er geen budgetstop is. "Het werk wat al begroot is gaat gewoon door."

De sector schat zelf in dat het wegvallen van geld voor meerwerk een strop oplevert van 450 miljoen euro op jaarbasis

Tegelijkertijd moet de organisatie wel heel zorgvuldig haar begroting blijven bewaken. Iets wat ook door Van Nieuwenhuizen min of meer bevestigd wordt: "Rijkswaterstaat (RWS) kan voor 2021 nog verplichtingen aangaan. Wel heeft RWS maatregelen getroffen om binnen het budgettaire kader te blijven." De sector schat zelf in dat het wegvallen van geld voor meerwerk een strop oplevert van 450 miljoen euro op jaarbasis. Een bedrag dat de demissionair minister niet herkent, waarmee ze iets van de hoop dat er nog dit jaar een oplossing voor komt laat vervliegen. 

Geen verband met uitgesteld onderhoud
Uiteindelijk is de veiligheid van de infrastructuur het belangrijkste. Daarover schrijft Van Nieuwenhuizen: "Er is geen direct causaal verband te leggen tussen het uitgestelde onderhoud en de beperkingen en verstoringen. Door het treffen van verkeersmaatregelen zoals het instellen van een aslastbeperking, snelheidsbeperking of een afsluiting wordt gezorgd dat de netwerken veilig gebruikt kunnen blijven worden." In de brief met de antwoorden op de Kamervragen is ook een overzicht terug te vinden van wat waar aan de hand is.     

Op 16 juni vindt het Commissiedebat Meerjarenprogramma Infrastructuur, Ruimte en Transport (MIRT) plaats. Een belangrijk debat voor dit dossier. Nu al blijken PFAS, coronamaatregelen en stikstof geresulteerd te hebben in vertragingen en extra kosten. Een trend die ook de komende tijd doorzet, zo blijkt uit de toelichting van Van Nieuwenhuizen. Geschat wordt door PWC│REBEL dat er sowieso 1 miljard euro per jaar bij de begroting opgeteld moet worden in de periode 2022-2035, maar is dat tegen deze achtergrond voldoende?