Verzekeringen - Personeel

Coronavirus en personeel

Datum: 16 maart 2020
Laatst bijgewerkt: 23 januari 2024
Door: Jacqueline Tuinenga
Wat kun je als werkgever doen om je personeel te beschermen tegen het coronavirus? Wij verzamelden de tips en adviezen die jou daarbij kunnen helpen.

Dit artikel in 1 minuut

  1. Heeft mijn medewerker recht op opvang?
  2. Wat zijn mijn plichten als werkgever?
  3. Waarom is het goed om sociaal contact te ontmoedigen?
  4. Hebben de medewerkers ook plichten?
  5. Wat kan mijn medewerker doen?
  6. Hoe moet ik omgaan met de privacy?
  7. Wat te doen als een van mijn medewerkers het coronavirus heeft?
  8. Hoe zit het met loondoorbetaling?
  9.  Heeft mijn medewerker recht op calamiteitenverlof als hij thuis bij zijn kind moet zijn?  
  10. Wat als ik in een cruciale beroepsgroep werk maar mijn partner niet? 
  11. Calamiteiten- of kort verzuimverlof
  12. Mijn medewerker moet in quarantaine, wat nu?
  13. BPV-overeenkomst met BBL'ers, hoe verder?
  14. Welke alternatieven zijn er?
  15. Kan BBL omgezet worden in BOL?
  16. Behoud ik recht op subsidie praktijkleren?
  17. Begeleiding op afstand en subsidie Praktlijkleren
  18. Vervroegd uitkeren subsidie
  19. Moeten medewerkers ook op de werkplek 1,5 meter afstand houden?
  20. Een medewerker heeft zijn vakantie geannuleerd en wil werken. Wat nu?
  21. Beloning BBL op schooldag

1. Heeft mijn medewerker recht op opvang?
Om te weten te komen of je recht op opvang hebt moet eerst achterhaald worden of je werkzaam bent in de zogenaamde cruciale beroepsgroep. Daar vallen sowieso degene in de zorg onder maar ook iedereen werkzaam in de voedselketen. Een nieuwe toelichting op de cruciale beroepen in de voedselketen laat er geen twijfel over bestaan dat ook agrarisch loonwerk hieronder valt. Die stelt dat de voedselketen breed moet worden geïnterpreteerd: van boer tot bord. Inclusief veevoerproducenten, transport, mest uitrijders en toegang van arbeiders voor de oogst. Verder worden supermarkten expliciet genoemd, maar gezien de keuze voor een brede interpretatie vallen de ambachtelijke levensmiddelenwinkels ook onder deze categorie.

2. Wat zijn mijn plichten als werkgever?
Vanuit de wet ben je verplicht om te zorgen voor een veilige werkplek. Je geeft hier invulling aan door informatie te geven aan de medewerkers over hygiënemaatregelen. Let er ook op dat de medewerkers zich hieraan houden en elkaar hierop aanspreken. Zorg voor voldoende handzeep, desinfecterende gel en tissues op de werkplek. Maak regelmatig schoon, het gaat dan vooral om deurklinken, lichtknoppen, trapleuningen, toetsenborden en computermuizen.

Groeten zonder aanraking is de nieuwe norm, alternatieven kunnen zijn zwaaien, wuiven of de hand opsteken. Een andere tip is om medewerkers te adviseren bij voorkeur anderhalve meter afstand van elkaar te houden. Ook luidt het advies om waar mogelijk medewerkers thuis te laten werken. 

Heb je vragen over preventieve maatregelen om besmetting te voorkomen raadpleeg dan de arbodienst.

3. Waarom is het goed om sociaal contact te ontmoedigen?
Het tijdelijk verminderen van dit soort sociale contacten past in de nieuwste richtlijn. Het gaat dan om het vermijden van contacten om zo een verdere verspreiding van het virus tegen te gaan.

Nu de eet- en drinkgelegenheden in Nederland zijn gesloten ontvangt Cumela signalen van bezorgde ondernemers over het beschermen van hun personeelsleden tegen het coronavirus. Op het Nederlandse platteland is het gebruikelijk dat jongeren en jongvolwassenen bijeenkomen in een keet of op andere sociale ontmoetingsplekken. Deze plekken vallen ook onder de eet- en drinkgelegenheden in Nederland ook al zijn ze niet geregistreerd. 
Cumela benadrukt dat keten en andere sociale ontmoetingsplekken niet zijn uitgezonderd van de maatregelen van de Rijksoverheid. Cumela roept iedereen op om het gezonde verstand als burger te blijven gebruiken en ook deze plaatsen en het sociale bijeenkomen in grote groepen op het platteland zo goed als mogelijk te vermijden.

Extra maatregelen kunnen verder zijn om niet meer zijn allen koffie te drinken in de keet of in de kantine. Dit geldt voor de ochtend maar ook voor de pauzes. Zeker op bouwplaatsen waar soms medewerkers van veel bedrijven bij elkaar komen.
Denk ook even na over de vrijdagmiddagborrel. Om risico’s te vermijden is het verstandig deze tijdelijk uit te stellen tot het virus weer op z’n retour is.
Beperk het samen reizen. Dit is ook een moment dat medewerkers langere tijd met elkaar in een ruimte zijn. 

4. Hebben de medewerkers ook plichten?
Als werkgever heb je een instructierecht. Medewerkers moeten redelijke instructies opvolgen. Hieronder valt het naleven van hygiënemaatregelen en thuiswerken of thuisblijven als dat gewenst is. Niet tot het instructierecht hoort het verbod om op vakantie te gaan naar een risicogebied.

5. Wat kan mijn medewerker doen?
Speciaal voor medewerkers stelden we een toolbox: hoe om te gaan met het coronavirus samen. Die kun je samen met de medewerkers doornemen. Kijk eens rond bij de downloads, print ze uit en hang op. Dan weet iedereen wat van hem of haar verwacht wordt. 

6. Hoe moet ik omgaan met de privacy?
Deze situatie is voor de privacywetgeving geen bijzondere situatie. Als werkgever mag je wel vragen naar de vakantiebestemming. Je mag ook vragen naar de gezondheidsklachten, maar de medewerker hoeft niet te antwoorden. Je mag niet registreren, ook niet als de medewerker spontaan dingen vertelt. De temperatuur opnemen of een koortsscan mag niet. 

7. Wat te doen als een van mijn medewerkers het coronavirus heeft?
Laat een medewerker naar huis gaan als deze wordt verdacht van besmetting met het coronavirus. Wacht daarna het oordeel van de huisarts af. Als iemand met ziekteverschijnselen zich bij een arts meldt en de arts denkt dat de patiënt mogelijk het nieuwe coronavirus heeft, treedt er een protocol in werking. Dit begint met het aanvragen van een test door de arts. Ondertussen wordt de verdachte patiënt in quarantaine gehouden. Dat kan thuis of door opname in het ziekenhuis. Dat is afhankelijk van de situatie.

Als de test positief is, dus als de persoon besmet is, gaat de patiënt in isolatie. De GGD doet dan een zogenoemd contactonderzoek voor zover dit nog mogelijk is. Naarmate de groep patiënten toeneemt wordt dit lastiger. Tijdens een contactonderzoek worden alle mensen waarmee de patiënt tijdens de besmettelijke periode contact heeft gehad opgezocht. Die moeten vervolgens gedurende twee weken hun gezondheid in de gaten houden. Als zij ziekteverschijnselen krijgen moeten zij dat aan de GGD melden en begint het verhaal voor hen vooraf aan.
Het is dus niet zo dat iedereen van het bedrijf preventief thuis moet blijven.

8. Hoe zit het met loondoorbetaling?
Er zijn een aantal situaties te onderscheiden. In principe heeft een medewerker altijd recht op loon.

  • Als een medewerker zelf het virus heeft en daarvan ziek is moet hij zich houden aan de normale regels bij ziekmelden. Hij heeft recht op loonbetaling bij ziekte en de werkgever meldt de medewerker ziek bij de arbodienst.
  • Als een medewerker besmet is maar niet ziek is hij verplicht om thuis te blijven en waar mogelijk thuis te werken. De medewerker heeft recht op loon, de werkgever kan hem niet ziek melden.
  • Moet de medewerker thuisblijven op advies van het RIVM of GGD dan heeft hij ook recht op loon maar kun je de medewerker niet ziek melden. Je mag wel verwachten dat de medewerker thuis werkt als dat kan (let op: indien het een medewerker is waarvoor een no-risk polis geldt, kun je hem wel ziekmelden bij UWV).
  • Als een medewerker een ziek gezinslid heeft en geen cruciaal beroep dan mag hij niet werken, heeft hij wel recht op loon, maar de werkgever kan hem niet ziek melden (let op: indien het een medewerker is waarvoor een no-risk polis geldt, kun je hem wel ziekmelden bij UWV).
  • Als een medewerker een ziek gezinslid heeft en een cruciaal beroep uitoefent dan mag hij zijn werkzaamheden uitvoeren.
  • Als een medewerker bang is en daarom niet naar het werk wil komen dan valt dit onder werkweigering en heeft hij dus geen recht op loon.

9. De school van het kind van mijn medewerker is gesloten om vespreiding van het oronavirus tegen te gaan. Nu kan mijn medewerker niet naar het werk omdat mijn medewerker thuis moet blijven bij het kind. Mijn medewerker kan ook niet vanuit huis werken. Heeft mijn medewerker recht op calamiteitenverlof?  En zo ja, moet ik het loon doorbetalen?  
Calamiteitenverlof kunnen medewerkers gebruiken als zij met een plotseling probleem te maken krijgen zoals een ziek kind dat opgehaald moet worden of een waterleiding die gesprongen is. Het verlof duurt zolang de medewerker nodig heeft om het probleem op te lossen. Dat kan enkele uren en hooguit enkele dagen zijn. Het plotseling sluiten van de school kan zo’n probleem zijn. Het hangt van de gezinssituatie af of calamiteitenverlof noodzakelijk is.

Denk hier aan vragen als:

  • Hoe oud is het kind of zijn de kinderen?
  • Is/zijn beide ouder(s) werkzaam?
  • Is thuiswerken voor beiden onmogelijk?
  • Zit er ruimte in de werktijden?
  • Kunnen de kinderen ook een deel van de tijd alleen zijn?
  • Is er andere opvang beschikbaar, bijvoorbeeld door familie of andere ouders?

Alles samen bepaalt of de medewerker recht heeft op calamiteitenverlof. Dus: in principe is calamiteitenverlof mogelijk en dan zo kort mogelijk: één of hooguit enkele dagen. Het loon moet tijdens het calamiteitenverlof worden doorbetaald. Het is aan de ouders om opvang voor de periode daarna te regelen. Dit zou dan kunnen door het opnemen van verlof/vakantiedagen, atv-dagen of het compenseren van overwerk.

10. Wat als ik in een cruciale beroepsgroep werk, maar mijn partner niet?
Het uitgangspunt is dat ouders in een cruciale beroepsgroep kunnen blijven werken. Als in een gezin één ouder een cruciaal beroep uitvoert, is het verzoek om zelf de kinderen op te vangen als dat kan. Als dat niet lukt, kan er een beroep worden gedaan op de school en/of kinderopvang (dagopvang, BSO, gastouderopvang. Het is geen harde eis dat beide ouders in een cruciale beroepsgroep werken. Er moet opvang zijn zodat mensen met cruciale beroepen aan het werk kunnen blijven.

11. Calamiteiten- of kort verzuimverlof
Moet een medewerker acuut een kind van de crèche of school halen dan valt dit onder het zogenoemde calamiteitenverlof en heeft hij dus recht op loondoorbetaling. Als er nog geen oppas is voor de dagen erna geldt hetzelfde. Over het algemeen is de duur van calamiteitenverlof maximaal twee dagen.

Is de medewerker de aangewezen persoon om een ziek familielid te verzorgen dan zou hij kort verzuim kunnen opnemen. Dit is verlof waarbij de medewerker zeventig procent van het, maximale, dagloon ontvangt. Dit verlof kan maximaal twee maal de arbeidsduur per week zijn per kalenderjaar. Over het algemeen dus tien dagen voor een fulltimer.

12. Mijn medewerker moet in quarantaine, is hij dan ziek en heeft hij recht op loonbetaling?
We spreken van thuisquarantaine als iemand die niet ziek is op advies van de GGD thuis moet blijven totdat zeker is dat deze persoon niet besmettelijk is voor anderen. De persoon in quarantaine verblijft thuis en samen met zijn of haar huisgenoten krijgen zij informatie over maatregelen die genomen moeten worden. Afhankelijk van de aard van het werk kan de medewerker mogelijk wel vanuit huis werken. Als dit mogelijk is mag je dat van je medewerker verwachten. Is thuiswerken niet mogelijk dan heeft de medewerker recht op loon. 

Toegevoegd per 30 maart 2020: BBL, BOL en coronacrisis
13. Hoe gaan scholen om met de bpv-overeenkomst van BBL'ers voor de rest van het schooljaar?

Lopen de overeenkomsten met BBL'ers en BOL'ers door? 
De huidige crisis heeft geen gevolgen voor de praktijkovereenkomsten voor BOL en BBL. Die blijven gewoon gelden. Wordt de stage (bpv) tijdelijk stilgelegd, dan kan de praktijkovereenkomst ongewijzigd in stand blijven. Wordt de stage (bpv) stopgezet, dan dient het leerbedrijf of de school de praktijkovereenkomst op te zeggen. 
Wanneer je in de arbeidsovereenkomst met de leerling een ontbindende voorwaarde hebt opgenomen dan eindigt de arbeidsovereenkomst op dezelfde datum als de beroepspraktijkvormingsovereenkomst. Dat geldt alleen als de school de praktijkovereenkomst opzegt. Zeg je als bedrijf de praktijkovereenkomst op dan kun je je niet op de ontbindende voorwaarde beroepen.

14. 
In het geval de bpv-overeenkomst doorloopt, op welke manier gaat de school dan in gesprek met het bedrijf over het inhalen van de praktijkuren? Kan de school zelf alternatieven bieden?

Dit is maatwerk in het gesprek tussen de school en het bedrijf. De school heeft als verantwoordelijke voor de opleiding van de student hierin een aantal opties:

  • De stage (bpv) toch voortzetten in overleg met het leerbedrijf met inachtneming van de voorschriften van RIVM/GGD. Eventueel met opdrachten die op afstand uitgevoerd kunnen worden mits dat praktisch uitvoerbaar is.
  • De stage tijdelijk stoppen en stage vervolgen op het moment dat dit weer kan bij het leerbedrijf
  • De leerdoelen van de stage tussentijds beoordelen (samen met het leerbedrijf). Die wordt aangetoond door de afgeronde leertaken en opdrachten. In deze situatie is het aan het onderwijsteam te beoordelen of leerdoelen en praktijkopdrachten afgerond kunnen worden zonder dat de uren geheel gemaakt worden. Het leerbedrijf wordt betrokken bij de beoordeling. Als voor die beoordeling bewijsmiddelen uit een voorgaande bpv kunnen worden gebruikt dan is hier geen bezwaar tegen. 
  • Een alternatieve bpv-plek zoeken voor de student bij een ander erkend leerbedrijf, bij voorkeur in samenwerking met SBB. Indien geen geschikte leerplaats bij leerbedrijven beschikbaar is kan de school kijken of een andere invulling van de onderwijstijd mogelijk is, zoals schoolopdrachten, simulatie, etc.
  • Afhankelijk van de situatie van het leerbedrijf, de student en de school zal hierin een maatwerk oplossing gevonden moeten worden.

15. Kan BBL worden omgezet in BOL waarbij praktijk later (maar nog wel binnen het schooljaar) in het bedrijf kan worden ingehaald?
Op de website van de MBO-raad staat hierover het volgende:
Een  BBL'er  heeft vrijwel altijd een arbeidsovereenkomst. Het gesprek over het  eventueel  aanpassen of ontbinden van de arbeidsovereenkomst is een zaak van de student en het leerbedrijf.  De school heeft daar geen rol in. Verandert de arbeidsrelatie tussen leerbedrijf en BBL'er (ontslag nemen of krijgen, minder gaan werken), dan  is in de vorm van maatwerk een switch van BBL naar BOL mogelijk. Echter, een student  kan  alleen op individueel niveau  worden  overgeschreven. Voor groepen raden we een switch van BBL naar BOL af: ook de BOL staat de komende tijd onder druk omdat nu geen onderwijsactiviteiten plaatsvinden op de locaties van mbo-scholen (uitzonderingen daargelaten). 
Advies is dat scholen ook geen initiatief nemen om studenten over te schrijven van  BBL naar BOL, met als mogelijk gevolg dat het bedrijf dan de arbeidsovereenkomst van de student aanpast of ontbindt. 
Bij een switch moet de student zich ervan bewust zijn dat hij/zij niet automatisch in aanmerking komt voor studiefinanciering. Dat is afhankelijk van de hoogte van het inkomen. Omdat een BBL'er een arbeidsovereenkomst heeft, kan het leerbedrijf voor de  BBL'-er een beroep doen op de NOW mits het bedrijf voldoet aan de voorwaarden daarvoor. 

16. Als zowel de bpv-overeenkomst als de arbeidsovereenkomst van de leerling doorlopen tot het einde van de studietijd, terwijl het bedrijf dicht is, is wel loon verschuldigd. Behoudt het bedrijf voor die periode ook recht op subsidie praktijkleren?
Door een gedwongen sluiting vanwege de coronacrisis kunnen bbl-studenten niet begeleid worden op de werkplek in het leerbedrijf. De minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW) heeft aangegeven dat bij een gedwongen sluiting de weken tot en met 28 april 2020 niet in mindering gebracht worden op de subsidie praktijkleren. Wanneer de sluiting langer duurt, zal in overleg met de subsidie-uitvoerder RVO bekeken worden wat nodig is om de subsidie in 2020 niet af te toppen op de nominale duur.


17. Hoe wordt omgegaan met begeleiding op afstand als de student niet bij het leerbedrijf zelf, maar bijvoorbeeld thuis werkzaamheden voor het leerbedrijf verricht in het kader van zijn leerbaan? Keurt RVO dit goed? 
Normaliter wordt begeleiding op afstand niet in aanmerking genomen als begeleiding bij de beroepspraktijkvorming in het kader van de subsidieregeling. In het kader van de corona maatregelen, waaronder het advies zo veel mogelijk thuis te werken, zullen deze weken in aanmerking komen voor subsidie. Begeleiding op afstand lijkt niet uit te sluiten dat een begeleidingsadministratie wordt bijgehouden. Het advies aan bedrijven is dan ook om de uren- en begeleidingsadministratie bij te houden zoals gewoonlijk.


18. Is het mogelijk om eerder dan november/december (een deel van) de subsidie praktijkleren te ontvangen als leerbedrijf om in deze crisistijden de bbl-plek voor de student te behouden? 
RVO is op dit moment aan het onderzoeken of het juridisch mogelijk is een voorschot uit te gaan keren.

19. Moeten medewerkers ook op de werkplek 1,5 meter afstand houden?
Door de overheid en het RIVM wordt mensen geadviseerd 1,5 meter afstand te houden. Dat advies geldt dus ook ten aanzien van de werkplek. De afstand van 1,5 meter is bedoeld om de medewerker en anderen te beschermen tegen besmetting met het coronavirus. Als werkgever ben je verantwoordelijk voor de veiligheid van de werkplek. Wijs jouw medewerkers erop om afstand te houden. Is dit door de specifieke werkomstandigheden niet mogelijk, kijk dan welke beschermende maatregelen er kunnen en moeten worden genomen. Je kunt hier advies over vragen aan jouw arbodienst.

20. Een medewerker heeft zijn vakantie geannuleerd en wil werken. Wat nu?

Je medewerker heeft vakantiedagen aangevraagd en jij bent akkoord gegaan. Daarmee staan de vakantiedagen vast. Nu komt de medewerker bij je met de vraag om toch te mogen werken, wat doe je dan? 
Het zou kunnen dat de medewerker geen vakantie meer wil omdat zijn vakantie door een reisbureau is geannuleerd. Dat betekent echter nog niet dat daarmee het verzoek om vakantie is vervallen. De medewerker is gehouden om de met jouw vastgestelde vakantie daadwerkelijk “op te nemen”. Hij kan deze vakantiedagen niet eenzijdig annuleren of verplaatsen. Als hij terug wil komen op zijn vakantie-aanvraag zal dat in overleg met jouw moeten. Als je in die periode geen werk hebt mag je zijn verzoek om annulering weigeren. Als je in die periode wel werk hebt mag je samen afspreken dat hij toch komt werken.

21. Nu de scholen gesloten zijn, komt mijn BBL medewerker ook op zijn schooldag werken. Hoe beloon ik dat?
De BBL-medewerker heeft een arbeidsovereenkomst voor maximaal 80% dienstverband omdat hij normaliter 1 dag per week naar school gaat. De scholen zijn nu gesloten en de medewerker kan dus ook op zijn schooldag komen werken. De beloning voor die uren is volgens het normale (100%) salaris tot 38 uur per week. Op basis van de cao LEO is er sprake van overwerk als hij meer dan 50% extra werkt dan vooraf overeengekomen (artikel 22 lid 6 optie 3). Dan schiet hij over de 38 uur en is er om die reden sprake van overwerk voor het 39e uur en verder.

Heb je meer vragen over het coronavirus?
Bel dan gerust met de Ondernemerslijn: 033 - 247 49 99  of mail naar [email protected]. Ook horen we het graag als er vragen zijn die nog niet beantwoord zijn. Dit kan ook weer andere ondernemers helpen.